Klik rechts van de stip in de navigatiebalk hierboven: gesproken tekst aan / uit

U kunt de complete vertaling per email opvragen; klik hier voor de voorwaarden.

Les Fleurs du mal

À une passante

.

La rue assourdissante autour de moi hurlait.
Longue, mince, en grand deuil, douleur majestueuse,
Une femme passa, d'une main fastueuse
Soulevant, balançant le feston et l'ourlet ;

Agile et noble, avec sa jambe de statue.
Moi, je buvais, crispé comme un extravagant,
Dans son œil, ciel livide où germe l'ouragan,
La douceur qui fascine et le plaisir qui tue.

Un éclair... puis la nuit ! -- Fugitive beauté
Dont le regard m'a fait soudainement renaître,
Ne te verrai-je plus que dans l'éternité ?

Ailleurs, bien loin d'ici ! trop tard ! jamais peut-être !
Car j'ignore où tu fuis, tu ne sais où je vais,
Ô toi que j'eusse aimée, ô toi qui le savais !



.

Aan een voorbijgangster

.

Ik werd omgeven door het helse lawaai van de straat.
Waardig in haar verdriet ging een vrouw voorbij;
ze was lang en slank en met soepele hand bewoog zij
de rouwkrans die zij hield en de zoom van haar gewaad.

                     [ . . . ]
 
 
 

Een flits… en toen de nacht! – Vluchtige schone
wier blik mij als herboren deed voelen nadien,
zul jij je in de eeuwigheid pas weer vertonen?

Elders, ver weg van hier! Te laat! Nooit misschien!
Ik weet niet waarheen je gaat, jij niet waar ik zal gaan,
o jij wie ik heb liefgehad, o jij die dat heeft verstaan!