Klik rechts van de stip in de navigatiebalk hierboven muziek aan / uit

Madrigali Libro II

15. La bocca onde l’asprissime

.

La bocca onde l’asprissime parole
solean uscir ch’ir mi facean dolente
vie più di quante mai fur sotto il sole,
or nutre l’alma mia soavemente
d’odor di fresche rose e di viole,
cui cede ogn’altro che l’Arabia sente
e d’ambrosia e di nettare si pasce,
ché tra le perl’e i bei rubini nasce.

 

.

De mond die gewoon was

.

De mond die gewoon was de bitterste woorden
te uiten, waardoor ik zoveel verdriet leed,
het grootste verdriet ooit onder de zon geleden,
verwent nu teder mijn ziel
[ . . . ]

De volledige tekst kunt u per email opvragen.
Klik hier voor de voorwaarden.



Voor het gehele Boek Madrigalen II,
klik hier voor de voorwaarden.