Théodore de Banville
Vous avez empoigné les cries de la Déesse
Avec un tel poignet, qu'on vous eût pris, à voir
Et cet air de maîtrise et ce beau nonchaloir,
Pour un jeune ruffian terrassant sa maîtresse.
L'oeil clair et plein du feu de la précocité,
Vous avez prélassé votre orgueil d'architecte
Dans des constructions dont l'audace correcte
Fait voir quelle sera votre maturité.
Poète, notre sang nous fuit par chaque pore;
Est-ce que par hasard la robe du Centaure
Qui changeait toute veine en funèbre ruisseau
Était teinte trois fois dans les baves subtiles
De ces vindicatifs et monstrueux reptiles
Que le petit Hercule étranglait au berceau?
Ruw greep je de godin bij haar haar
met losse pols en heerszucht op je kanis,
zodat het leek alsof een jonge barbaar
zijn liefje in elkaar aan het slaan is.
[ . . . ]
Dichter, wij begrijpen de dingen gauwer;
is het toeval dat de mantel van de Centaur
die alle aderen met brand laat dichtslibben
drie keer geverfd werd met het delicate slijm
van die reptielen, vol wraakzuchtig venijn,
die de kleine Hercules wurgde in zijn kribbe?
1. | Théodore Faullain de Banville (1823 – 1891) was een Frans schrijver en dichter.
Banville werd geboren als zoon van een marineofficier en kreeg zijn opleiding in Parijs op het Lycée Condorcet. Al op vroege leeftijd koos hij voor de literatuur. Reeds in 1842 debuteerde hij met de gedichtenbundel Les Cariatides, gevolgd door Les Stalactites in 1846. Zijn poëzie is in deze periode opgewekt en ontplooit zich in een Griekse wereld vol harmonie, opgesmukt door de verbeelding. Later stapt Banville over naar het principe “l’art-pour-l’art” en wordt hij een belangrijk vertegenwoordiger van de Parnassebeweging. In de Odes funambulesques (1857) overweegt de zorg voor de vormschoonheid. Les Exiles (1867) gaat uit van dezelfde principes maar is persoonlijker van toon. Het meest bekend werd Banville misschien wel met zijn Petite traité de poésie Française (1872), waarin hij technische regels geeft betreffende vaste dichtvormen: ballade, rondeel, sonnet, enzovoort. Het werd gepubliceerd direct na het tweede deel van de bloemlezing Parnasse contemporaine en had grote invloed op Arthur Rimbaud, Charles Baudelaire, maar bijvoorbeeld ook op de Engelse esthetische beweging. Banville werd onderscheiden met het Legioen van Eer. Hij stierf in 1891 op 68-jarige leeftijd en werd begraven op de begraafplaats van Montparnasse. Bron: Wikipedia |