Where sin sore wounding,
Daily doth oppress me,
There grace abounding
Freely doth redress me.
So that resounding
Still I shall confess Thee,
Father, Father of mercy.
Though Sinne offending
daily doth torment mee,
Yet Grace amending,
since I doe repent mee,
At my lives ending
will I hope present mee
cleare to thy mercy.
The wound Sinne gave me
was of Death assured,
Did not Grace save mee,
whereby it is cured:
So thou wilt have mee
to thy love inured,
free without merit.
Sinnes stripe is healed,
and his sting abated,
Deaths mouth is sealed,
and the Grave amated,
Thy Love revealed,
and thy Grace related
gives me this spirit.
Waar zonde mij geweld aandoet,
waardoor ik dagelijks lijd,
is er genade in overvloed
die mij weer bevrijd.
Het goede dat u doet
maakt dat ik U steeds belijd,
Vader van barmhartigheid.
Hoewel de zondepijn
mij dagelijks benauwt,
zal er helende genade zijn
want ik betreur mijn fout;
eindigt mijn levenslijn
word ik hopelijk bevrijd
door uw barmhartigheid.
[ . . . ]
De volledige tekst kunt u per email opvragen.
Klik hier voor de voorwaarden.